Veilig sloeproeien
Veiligheid afspraken afdeling sloeproeien WV de Helling
Maart 2017
Om de veiligheid tijdens de roeitocht te verhogen, zijn de volgende afspraken gemaakt.
Er wordt niet uitgevaren bij:
-Hoog water (als de kribben onder water staan, waterstand Lobith > 1300 NAP)
-Mist (de overkant van de Lek is niet zichtbaar)
-Harde wind (windkracht 5 of meer, schuimkoppen op het water)
-IJsgang op de Lek (Luchttemperatuur < 0 C)
-(Dreigend) Onweer
Bij windkracht 4-5 en of watertemperatuur onder 12 graden is het voor stuurlieden verplicht om gebruik te maken van een reddingvest. Voor de roeiers, die binnen in de boot op een doft zitten, is dat niet noodzakelijk.
Er wordt niet in het donker uitgevaren, zonder werkende verlichting. Dat is voor de huidige roeisloepen een rondschijnend wit licht. Er is een reserve set batterijen in de boot aanwezig. In het donker en bij verminderd zicht, door bijvoorbeeld zware regenval, wordt aan de voorzijde van de sloep een radarreflector getoond. In het donker en bij verminderd zicht wordt zoveel als mogelijk stuurboordwal gevaren in de opvaart, en bakboordwal tijdens de afvaart. Bij het uitvaren in het donker is minimaal 1 zaklamp in de boot aanwezig.
Het minimum aantal roeiers waarmee wordt uitgevaren is 6 personen. Bij uitzondering (en ter beoordeling door de stuurlieden) kan met 5 roeiers worden gevaren.
Aan boord is tijdens het roeien een sleeplijn, een verbanddoos en minimaal 1 gsm telefoon aanwezig.